29 april 2012

kippen update

Djente en Nugget wonen inmiddels alweer drie weken bij ons en we hebben samen al aardig onze routine gevonden. Tijd voor een update over onze peuterkippen!
De dames slapen nog steeds 's nachts in een klein hok in de garage. Als de zon 's avonds onder gaat zitten ze al klaar om over te stappen in het nachthokje. Het lijkt er op dat de dames dit ritueel wel prettig vinden, dus ik denk dat ik ze maar tot na de ijsheiligen binnen laat slapen. In de ochtend zitten ze meestal al klaar om naar buiten te gaan, maar soms zitten ze nog zo lekker tegen elkaar aan dat ik het kleine hok maar in het grote zet om ze langzaam wakker te laten worden. Het is uiteindelijk niet hun probleem dat ik zo nodig de deur uit moet, dus ze mogen lekker uitslapen.


Mogen we écht niet naar binnen?
Op de dagen dat ik thuis ben of vroeg klaar ben met werken zet ik een stuk van de tuin af en kunnen ze lekker rond scharrelen. Ze pikken wat onkruid weg of gaan achter een mier of een vliegje aan, maar verder zijn ze nog niet zo geïnteresseerd in het verkennen van de hele ruimte. Ze hebben nog geen idee dat ze kunnen vliegen, dus de afzetting is niet hoger dan een halve meter. Meestal willen ze na een minuutje of twintig weer graag naar binnen en gaan ze zelf in de ren op stok om een tukje te doen.


moe van het buitenspelen
De dames eten nog steeds voornamelijk kuikenmeel. Ze pikken al wel wat graan en groen maar eten het nog niet helemaal op. Het zijn natuurlijk ook nog kuikens van een week of zeven, dus dat komt over een paar weken vanzelf. Wel zijn ze verslingerd aan de kippensnoepjes. Ik probeer ze niet teveel te verwennen, maar vind het stiekem erg gezellig als ze lekker bij me komen zitten op zoek naar iets lekkers. Maar ook zonder snoepjes zijn ze zo tam dat ze nooit ver bij je uit de buurt gaan. Sterker nog: je moet soms uitkijken niet over ze te struikelen.

wie loopt nou wie in de weg?
Het weer zit niet mee sinds we de dames heben, maar ze lijken weinig last te hebben van kou of nattigheid, alhoewel ze liever in de ren blijven als het regent (en geef ze eens ongelijk). Zodra de zon schijnt - wat in de afgelopen drie weken maar twee keer is voorgekomen - begint het grote genieten en gaan de dames  uitgebreid zonnebaden in een warm en luw hoekje.
Djente in bikini
Hebben ze dan helemaal geen nadelen? Jazeker wel. Kippen zijn niet zindelijk en laten overal poep achter als ze loslopen. Ze maken een grote puinhoop van hun huis en de omgeving er omheen; overal liggen houtsnippers, ze gaan in hun voerbak zitten en gooien een hoop troep in de waterbak. Ze kletsen je de oren van het hoofd, behalve als ze slapen. En ze kunnen je ontzettend voor de voeten lopen. Maar boven alles zijn ze ontzettend gezellig en kan ik echt genieten als ik met een kopje koffie tussen de los rondscharrelende dames zit.

28 april 2012

22 april 2012

ochtendwandeling

Dit weekend was ik in Maastricht. Ik was er misschien al tien jaar niet geweest en dat terwijl ik er gestudeerd heb. Vanochtend was het eindelijk een paar uurtjes droog en voor de stad ontwaakte ben ik op stap gegaan met mijn camera. Maastricht is tijdens mijn studententijd nooit echt "mijn stad" geworden, maar vanochtend in alle vroegte was de stad toch even helemaal van mij.

Voor de liefhebber: het "getekende" uiterlijk van de foto's komt omdat met HDR heb geëxperimenteerd. De hele serie is hier te vinden.

15 april 2012

kippen

Al jaren droom ik ervan ergens te wonen waar ik kippen kan houden. Maar ik woon, zoals bekend, in een Vinexwijk in Den Haag en heb een bescheiden tuin, die bovendien aan de straatkant ligt en niet afgesloten kan worden. Mijn kippendroom is dus iets voor later, als de kinderen studeren en wij meer buiten de stad en in het groen willen gaan wonen.

Toch kruipt het bloed waar het niet gaan kan. Naarmate ik meer las over het op een diervriendelijke manier houden van kippen, het gedrag van verschillende soorten kippen en over de mogelijkheden om kippen in een stedelijke omgeving te houden begon ik voorzichtig hoop te krijgen dat mijn droom al eerder gerealiseerd kan worden.

Het houden van kippen heeft meerdere voordelen. Het meest voor de hand liggende is dat ze eieren leggen. Ik eet zelf in principe alleen plantaardig, maar eieren die van kippen komen die lekker en verantwoord eten en op een prettige manier leven, daar zou ik incidenteel een uitzondering voor maken. Daarnaast zijn kippen levende gft-verwerkers: ze zijn dol op groenresten, ze helpen je tuin onkruidvrij houden en helpen je als bonus ook nog eens effectief van je slakkenprobleem af. De mest die je daarvoor terugkrijgt bevat veel stikstof, fosfor en kalium, wat belangrijke voedingselementen voor planten zijn. Het moet wel eerst composteren, want verse kippenmest is (afgezien van wat losse hoopjes die ze tijdens het scharrelen in de tuin laten vallen) een beetje too much voor planten. Daarnaast zijn kippen gewoon ontzettend leuke dieren. Ze zijn eigenwijs, gezellig, hebben allemaal een heel eigen karakter en ze zijn ontzettend nieuwsgierig.

En toen las ik een paar weken geleden iets over Seramakippen: de kleinste soort krielkip die er bestaat (de grootste hennetjes zijn rond de 500 gram) en die bovendien weinig geluid maakt, heel sociaal is en graag in de buurt van mensen is. Om een lang verhaal kort te maken: sinds een week ben ik de gelukkige adoptiemoeder van Djente en Nugget. Twee ontzettend schattige, grappige en gezellige Seramakuikens van een dikke maand oud. De meisjes leggen uiteraard nog geen eieren en als ze wel gaan leggen zal het hooguit formaat paaseitje zijn. Daar is het me dan ook niet speciaal om te doen. Ze wonen in een riant hok-met-ren op mijn oprit. In de ren hebben ze de ruimte om lekker rond te scharrelen of een stofbadje te nemen, maar verder heb ik de boel zo georganiseerd dat ze, als we zelf in de buurt zijn, ook los kunnen lopen. De paar keer dat de ren wijd open stond toonden ze echter nog geen interesse.

Ze zijn nu nog te klein om grotere granen door te kunnen slikken of gft-afval helemaal op te eten, maar van een klokhuis werden ze erg nieuwsgierig en een paar mieren die de fout maakten om de kortste route door de ren te nemen kunnen dit niet meer navertellen. Omdat het de afgelopen nachten nog vrij koud is geweest slapen ze nog niet in hun eigen nachthok, maar mogen ze in een alternatief nachthokje in de garage slapen. Het is in die week dat ze bij ons wonen al een vertrouwd ritueel geworden dat de dames in de schemering lekker tegen elkaar gaan liggen en dat ik ze dan voorzichtig verhuis naar hun tijdelijke hotelkamer. We hebben het dus aardig druk met onze gezinsuitbreiding, maar het is eigenlijk nog leuker dan ik vooraf gedacht had. En nu laat ik als een trotse moeder nog even wat foto's zien van ons kroost.



in de reismand, hier vier weken oud

kipje-de-voorste is Djente, achteraan staat schuchtere Nugget

de gezusters twijfelen bij het stofbad. Zullen we?

07 april 2012

duurzaam eten

Ons dagelijks menu is doordrenkt van olie. Niet zozeer de calorierijke olie waar we in bakken en braden (alhoewel ook dat soms best wat minder kan...) maar in de fossiele brandstoffen die nodig zijn om eten van het land op ons bord te krijgen. En olie, zo is inmiddels de algemene opvatting, is steeds moeilijker in te winnen. Het is niet zo dat olie snel op zal raken, maar het wordt steeds lastiger om het boven de grond te krijgen en daarmee steeds duurder. Het verschijnsel dat alle gemakkelijk bereikbare bronnen zo'n beetje leeg zijn wordt peakoil genoemd. Wanneer dat precies is bereikt is eigenlijk pas achteraf vast te stellen, maar schattingen lopen uiteen tussen 2008 en 2020. Overigens wordt er al sinds de jaren '80 meer olie opgepompt dan er nieuwe oliebronnen worden gevonden.

Maar dit stukje is niet bedoeld om een deprimerend verhaal over schaarste en tekort te houden. Ik wil het juist hebben over manieren om meer duurzaam te eten. De aanleiding is deze documentaire uit 2009 waarin, naar mijn idee, een heel indrukwekkend beeld wordt geschetst van het belang van duurzaam "boeren". Maar boeren doen eigenlijk niets anders dan het voorzien in de behoefte van ons consumenten: we verorberen met z'n allen enorme hoeveelheden vlees, zuivel, eieren en graan. En aangezien we met steeds meer zijn, stelt dat hoge eisen aan de productie. Om aan die nog altijd groeiende behoefte tegemoet te komen worden allerlei trucs uitgehaald: kunstmest, intensieve veeteelt, genetisch manipuleren, platbranden van stukken bos om meer te kunnen verbouwen. Deze manier van produceren leidt onder andere tot uitputting van vruchtbare grond, mestoverschotten en verschraling van de voedingswaarde. Om de grond te bewerken en het voedsel ook naar andere gebieden te distribueren is veel olie nodig: voor landbouwmachines, voor bewerking, voor transport. Op termijn is deze vorm van voedselproductie niet houdbaar. We proberen eigenlijk gras sneller te laten groeien door er heel hard aan te trekken.

Andere voedselkeuzes helpen bij het "afkicken" van onze olieverslaving. Je ontkomt er daarbij niet aan om maar weer eens een aantal open deuren te noemen, zoals: verminder je vlees- en zuivelconsumptie. Eet lokaal en kies voor groenten uit het seizoen. Maar wat ik een interessante eye-opener vond in de documentaire was de notie dat we erg verslaafd zijn geraakt aan granen. Graan is een gewas dat veel ruimte nodig heeft om te groeien. Bovendien is er veel olie nodig voor oogst, bewerking en transport van granen. Weliswaar vormen graanproducten een belangrijk onderdeel van een gezonde voeding, maar we eten nog altijd meer (en meer bewerkt!) dan we voor een evenwichtig dieet nodig hebben.

Ook de manier waarop we met de aarde omgaan is een relevante factor in onze afhankelijkheid van olie. Als boeren een diversiteit aan grassoorten zaaien is er het hele jaar door voldoende te grazen, waardoor koeien buiten kunnen blijven staan en er bovendien niet gehooid hoeft te worden. Door landbouwgrond niet te ploegen kunnen micro-organismen beter hun werk doen en dat komt de vruchtbaarheid en kwaliteit van de grond ten goede. Het niet al te netjes houden van de natuurlijke omgeving, maar organisch materiaal de tijd geven om te rotten, draagt bij aan het bodemleven en daarmee aan de voedingswaarde van ons eten.

Het lijkt alsof ruimte een belangrijke randvoorwaarde is om hier als individu een bijdrage aan te leveren. Met voldoende grondoppervlak is het verbouwen van eigen groenten, het aanleggen van een composthoop of het houden van (klein)vee gemakkelijker te realiseren dan in de beperkte ruimte van een stad. Maar, zoals ik op mijn blog al vaker heb bepleit, kun je ook als stedeling bescheiden stappen zetten naar een meer zelfvoorzienend leven. En als je een netwerkje opzet met gelijk gezinden, waarbij de één tomaten en sla opkweekt op het balkon, een ander een fruitboompje plant en een derde een paar courgetteplanten in potten heeft staan, heb je al een leuke stap gezet. Alles wat we zelf produceren, hoe bescheiden ook, doet weer minder beroep op fossiele brandstoffen en is daarmee en stap op weg naar onafhankelijkheid. En bovendien is het nog hartstikke leuk ook.


06 april 2012

tja

Ik snap nu wel waarom de sla maar niet opkomt...