25 mei 2012

zolder

Onze zolder was tot een paar dagen geleden een puinhoop. We noemen het stoer "zolder", maar eigenlijk is het een dakopbouw die de functies studeerkamer, werkkamer, opslag, vrieskkistruimte, was-, droog-, strijk- en vouwkamer combineert. En dat op een luttele16 vierkante meter. De zolder biedt - in theorie - toegang tot het dakterras, maar het kwam regelmatig voor dat de toegang volledig geblokkeerd was door schone was die was afgehaald, maar nog opgeruimd moest worden of een achteloos achtergelaten slaapzak en matras van een logé.

Vorige week meldde de buurman dat hij op zijn zolder de op maat gemaakte inbouwkast weg ging doen en vroeg of wij misschien interesse hadden. Dat scheelde hem weer een ritje naar het grof vuil. Na wat gewik en geweeg (zijn zolder is een meter langer, dus wij konden maar tweederde van de kast kwijt), besloten we het aanbod met beide handen aan te nemen.

De hele - warme! - Hemelvaart stond voor mijn lief in het teken van het meten, sjouwen en boren. Maandag kwam een vriend helpen de twee gigantische paneeldeuren naar boven te sjouwen en toen was het klaar. We waren de trotse eigenaars van een riante inbouwkast met spiegeldeur op zolder. Maar het installeren van een kast maakt nog niet dat de zolder opgeruimd was. Sterker nog: de enorme kast in combinatie met de rommel overal maakte dat de zolder eigenlijk opeens een stuk kleiner leek. Zo kwam het dat ik de afgelopen dagen menig uur stak in het Project Zolder.

Eerst waren de kinderknutsels aan de beurt. Die lagen her en der verspreid in de boekenkast: kunstwerken voor vader- en moederdag, rapporten, briefjes, zelfgemaakte verjaardagskaarten van de peuterklas tot nu passeerden de revue. Ik nam het één voor één door en stopte wat ik wilde bewaren in een herinneringendoos die ik in de nieuwe kast plaatste.

Toen zocht ik de boeken uit. Studieboeken, boeken die ik kocht toen ik ging solliciteren ("Slagen voor iedere psychologische test"), boeken die mijn leven veranderden omdat ze me inspireerden of inzichten hebben gegeven, maar ook opvoedingsboeken, fotografieboeken en - de laatste tijd - boeken over de zorgsector. Alle levensfases kwamen voorbij en ik besefte dat de boeken een prachtig overzicht gaven van de evolutie in mijn denken en mijn doen. Er ontstonden drie stapels: houden, weggeven, weggooien. En wat er overbleef paste keurig in de boekenkast.

Daarna volgden kleding, documenten (van zilvervlootrekening tot hypotheek), tijdschriften (de kranten van de geboortedagen van mijn kinderen, maandbladen uit december 1999 voor mijn toekomstige kleinkinderen, inspirerende artikelen en stukken waarin ik zelf ooit de pers heb gehaald) en - tot slot - de lappendoos. In de lappendoos zitten stukken textiel die ik eigenlijk niet meer gebruik, maar om allerlei sentimentele redenen ook nog niet heb weggedaan. Het eenpersoonsdekbed uit mijn studententijd, de trappelzakken van de kinderen, een oud gordijn.

Alles is door mijn handen gegaan en aan alles kleeft een herinnering: sommige dingen maakten me blij, anderen melancholiek. Het opruimen van mijn zolder was meer dan het sorteren van spulen en het netjes inrichten van een nieuwe kast: het was een kort en heftig proces van herinneren, verwerken, koesteren en loslaten. En, als metafoor van wat er in mijn hoofd gebeurde, onstond er van al deze stukken een bescheiden stapel spullen om te houden, en wat grotere stapels om weg te geven en weg te gooien. Aan het eind van de sessie kon ik drie zakken kleding en textiel aan het Leger des Heils schenken. Een stapel boeken bracht ik naar de Kringloop. Documenten kregen een plek in een nieuwe map of werden verscheurd en naar de oud papiercontainer gebracht. Lapjes vormen onderdeel van een (ietwat amateuristische) quilt en de rest doet dienst als poetsdoek.

Nu heb ik een keurige, overzichtelijke kamer over met alleen spullen die écht nodig zijn of écht een speciale betekenis hebben. Het is er licht en ruimtelijk en ik kan ongehinderd naar mijn kersverse daktuin. En, het klinkt misschien raar, maar wat er in mijn hoofd is gebeurd is eigenlijk precies hetzelfde. Opeens besefte ik: dát is de ware betekenis van "je bovenkamer leeg maken". Ik voel licht, opgeruimd en fris in mijn hoofd. Het gevoel doet me denken aan een mooie quote die ik laatst ergens tegenkwam van De Saint Exuperie: Perfectie bereik je niet als er niets meer is om toe te voegen, maar als er niets meer is om weg te laten.

Perfectie hoef ik niet te bereiken, maar het idee om toe te werken naar een situatie (in mijn hoofd en in mijn huis) tot er niets meer over is om weg te laten spreekt me ontzettend aan.



22 mei 2012

zonnige dinsdagmiddag

Zomaar een zonnige dinsdagmiddag in Scheveningen (gefotografeerd in HDR).




20 mei 2012

operatie daktuin

De ijsheiligen zijn voorbij en ik ben helemáál niet ongeduldig (...), dus vandaag moest de daktuin in orde worden gemaakt. Er stond al een tijdje een lege vierkante meter tuin op me te wachten en ik had een voorraad compost, cocopeat en een enorme zak vermiculiet aangeschaft. De drie speciekuipen met aardperen die als windkering moeten gaan dienen zijn al een eindje op streek. Ik had mosterdzaad als mulch en groenbemester aangeplant en die is vandaag afgeknipt en ondergeschoffeld. Eén bak laat ik helemaal uit bloeien om mosterdzaad te winnen. Een klein voorraadje houd ik achter voor volgend jaar en voor de rest heb ik allerlei wilde fantasieën over de soorten mosterd die ik er van ga maken. Daar kom ik later ongetwijfeld nog op terug (ja, ook als het mislukt. Beloofd.)

Mijn dakterras is helemaal open en daarom is het er tamelijk onherbergzaam. Als het warm is, is het er meteen bloedheet en als het waait dan waai je volledig weg. Tuinieren op zo'n plek is - op zijn zachtst gezegd - een uitdaging. Bakken drogen uit van de hitte of de wind en de aan- en afvoer van water, compost en dat soort dingen is een heel gesjouw. Toch gaat het bloed waar het niet gaan kan en kan ik niet aanzien dat een paar vierkante meters buitenruimte onbenut blijven. En de plek lijkt, met de nodige maatregelen, perfect geschikt voor een vierkante metertuin. Mijn strategie:
- alleen "makkelijke" groenten kweken (geen verwend spul)
- niets zaaien wat te diep wortelt
- een goede mengeling van compost, cocopeat en vermiculiet als basis gebruiken (in de verhouding 1 op 1 op 1; in mijn geval ging er van alles 40 liter in)
- flink mulchen om verdamping te voorkomen

De opstartkosten van een vierkante meter tuin vallen me een beetje tegen. De bak kun je makkelijk zelf maken, maar je hebt toch hout, worteldoek en een mengsel van compost, vermiculiet en cocopeat nodig. De zaden had ik nog liggen van vorig jaar en deels geruild met een vriendin, dus dat kostte niets extra's. Alles bij elkaar heeft de bak - gok ik - zo'n 40 euro gekost. Dat haal je er, zelfs als alles voorspoedig gaat, niet direct in het eerste jaar aan opbrengst uit. Nu heb ik begrepen dat je het mengsel in het vervolg alleen maar hoeft aan te vullen met organisch materiaal, dus ik zie het als een meerjarige investering. Zie hieronder het voorlopige resultaat; ik ben benieuwd of het iets gaat opbrengen.

mijn geheugensteuntje

met het bloeiende mosterdzaad op de achtergrond

gelukkig inmiddels met een eigen watervoorziening. Scheelt veel emmers tegen de trap op sjouwen!


19 mei 2012

interview

Voor de liefhebber: een paar weken geleden ben ik geïnterviewd en gefotografeerd voor de Libelle over het ongeluk dat ik een paar jaar geleden in Frankrijk heb gehad. Deze week is dit nummer verschenen. Ik krijg het niet voor elkaar het te scannen, maar een sfeerimpressie kan ik hier wel laten zien.

17 mei 2012

tutorial compost vuilnisbak

Een heerlijke vrije dag met - zowaar! - een zonnetje erbij. Tijd dus voor een eenvoudig doe-het-zelfproject.

Met grote hoeveelheden onkruid en kippenmest schieten mijn bescheiden compostoplossingen tekort: de wormen doen flink hun best, maar kunnen echt niet meer verwerken dan ze nu doen. Beide bokashi-emmers zitten binnen een mum van tijd vol. Op mijn verlanglijstje stond dus nog een compostbak voor in de tuin, zodat ik ter plekke groenafval uit de tuin en het mengsel van houtsnippers en kippenmest uit de ren kwijt kan. Omdat mijn tuin behoorlijk klein is, schiet een enorm compostvat uit het tuincentrum zijn doel voorbij. Bovendien vind ik die behoorlijk aan de prijs. Vandaag dus een tutorial: hoe maak ik van een vuilnisbak een compostbak?

Men neme:
- een vuilnisbak met deksel (afmeting naar keuze)
- een boormachine met vlinderboor (of vleugelboor...weet niet precies hoe zo'n ding heet)
- optioneel: wat bakstenen

* Boor in de bodem en de zijkanten flink wat gaten, zodat de lucht er goed doorheen kan

* Afhankelijk van je voorkeur kun je de compostbak op de grond zetten (of zelfs een klein stukje ingraven) of juist op een verhoging van bakstenen zetten voor extra luchtcirculatie. Ik heb de bak een klein stukje ingegraven, omdat ik graag wormen wil aantrekken om het composteerproces op gang te helpen.

* Vul de compostemmer met afwisselende lagen "groen" en "bruin" afval. Groen bestaat uit tuinafval, gras, blad, groenten- en fruitresten (ongekookt). Bruin bestaat uit papier (kranten), papiersnippers, karton en - in mijn geval - het afval uit de kippenren. Over de ideale verhoudingen tussen groen en bruin verschillen de opvattingen. Mijn ervaring is dat ongeveer 1 groen op 3 á 4 bruin prima werkt. Als het te droog wordt dan kun je er af en toe wat water bij gieten. Regelmatig doorroeren of keren versnelt het composteerproces.

En zo heb je voor een klein bedrag (of zelfs voor niks) een prima compostvat voor de bescheiden tuin.





13 mei 2012

en nog meer tuin

Ik weet het, het is een beetje veel tuin deze week. Maar ja, dat zondagochtendlicht he?






10 mei 2012

ondertussen in mijn eetbare tuin....

Het weer is nog niet om over naar huis te schrijven maar de tuin begint langzaam maar zeker echt groen te worden. De eerste sla is geoogst, de mosterd staat in bloei en over een paar weken vieren we de eerste aardappelen. Een rondleiding in foto's door mijn piepkleine stadsboerderij in de maand mei.


de pluksla staat er na een buitje prima bij

het Rosevalhoekje

ook dit is lente!


aardbei en Vergeetmeniet. Gewoon omdat het kan.

nieuwsgierig kipje

venkel in de couveuse

mosterdzaad en rabarber

uien, pastinaak, mini-kompostemmer en zwammenstam


rabarber, venkel, palmkool, ananaskers, mais, tomaat, braam, framboos, aardappel, bonen, erwten, mosterdzaad, oesterzwam, ui, knoflook, raapsteel en kruiden op een krappe 20m2

"Kijk nou! Een slak!"
 

09 mei 2012

groei en verandering

De afgelopen weken ben ik druk bezig geweest met het afronden van mijn yoga-opleiding en gisteren heb ik eindelijk mijn scriptie ingeleverd. Mijn hoofd zit er nog zo vol mee dat ik er hier ook over ga schrijven. Ik hoop dat ik mijn gedachtenstroom een beetje gestructureerd en to-the-point kan uitwerken, want het is vrij filosofische (en persoonlijke) materie. Eigenlijk is het de neerslag van wat ik in de afgelopen drie jaar heb geleerd. Of wat ik eigenlijk onbewust al wist, maar wat tijdens mijn opleiding langzaam boven is komen drijven. Zie het dus maar als een soort therapeutisch stukje voor mijzelf en misschien heeft een ander er ook nog iets aan. Maar als je bultjes krijgt van zweverige stukjes, dan raad ik je aan deze post over te slaan ;-)

Ik heb, zoals ik hier wel vaker heb geschreven, de afgelopen drie jaar voor de sociale werkplaats gewerkt. In dezelfde drie jaar volgde ik een yoga docentenopleiding (voor de kenner: hatha yoga). Ik kan niet zeggen welke van deze twee dingen mijn hart meer geopend heeft. Toen ik net begonnen was bij de sociale werkvoorziening had ik een ongeluk gehad op vakantie en zat ik een paar maanden met mijn arm volledig ingespalkt. Ik kon niet auto rijden of fietsen, mezelf niet aankleden en alleen met heel veel moeite zelf naar het toilet. Dat was, zoals Amerikanen dat zo mooi zeggen, een humbling experience. Ik was op dat moment omgeven door mensen die zich niet uit het veld lieten slaan door hun beperking, maar mij leerden dat beperkingen er zijn om overwonnen te worden. Ik kreeg eenvoudigweg de kans niet om medelijden met mezelf te hebben. Eén rondje door onze bedrijfskantine of over de afdelingen en ik werd aan mijn haren uit het moeras van zelfmedelijden getrokken.

Op de sociale werkplaats werken mensen met een arbeidsbeperking die niet zomaar op de "normale" arbeidsmarkt terecht kunnen. De beperking kan fysiek zijn, maar ook psychisch of een combinatie van beide en regelmatig is er sprake van beperkte verstandelijke vermogens. De taak van de sociale werkplaats is om deze mensen zo te ontwikkelen zodat de afstand tot de "normale" arbeidsmarkt kleiner wordt. Dit wordt in vakjargon Arbeidsontwikkeling genoemd. Het ultieme doel is om iedere medewerker uiteindelijk - met of zonder subsidie voor de werkgever - op de "normale" arbeidsmarkt te plaatsen. Een mooi streven, maar lang niet voor iedereen haalbaar.

In de ontwikkeling die ik zelf tijdens mijn yogaopleiding doormaakte, merkte ik heel sterk dat groei en ontwikkeling niet van buitenaf kan worden opgelegd. Pas als je bepaalde inzichten over jezelf onder ogen durft te komen, jezelf accepteert en als je in staat bent om je innerlijke kracht aan te boren, dan pas ben je klaar om te veranderen. Sterker nog, dan is verandering en groei onvermijdelijk. Je kunt niet besluiten te veranderen, je verandert. En de motor daarvan is, althans, zo heb ik dat ervaren, zelfbewustzijn en zelfacceptatie.

In mijn werk op de sociale werkplaats had ik steeds een sluimerend gevoel dat we bij de methodiek die wij arbeidsontwikkeling noemen een belangrijke stap oversloegen. Ik vond het alleen lastig te benoemen wat ik daar precies mee bedoelde. Vooral omdat ik zelf aanvankelijk ook nog de overtuiging had dat ik kon veranderen door de juiste boeken te lezen, de juiste informatie te vergaren en gewoon te beginnen met die informatie in de praktijk toepassen. Maar daar verander je niet intrinsiek door. Je interne blauwdruk blijft hetzelfde, alleen je handelingen zijn anders.

In de loop van mijn opleiding kwam steeds vaker het volgende beeld boven drijven:
"Gras groeit niet sneller door er aan te trekken, maar door het van de juiste voeding en verzorging te voorzien." Ieder heeft zijn eigen trigger om daadwerkelijke groei of verandering door te maken, maar dit eenvoudige inzicht was voor mij de metafoor om eindelijk écht de confrontatie met mezelf aan te gaan. Ik ben mijzelf van de juiste voeding gaan voorzien (ook letterlijk, door plantaardig te gaan eten), ik ben gaan hardlopen en mediteren, ik heb twee keer een weekend in een klooster doorgebracht, waar van een keer in totale stilte. Langzamerhand ben ik steeds meer steentjes en stenen uit mijn rugzak gaan werpen. Een deel van mijn proces is op dit blog te lezen geweest, maar in werkelijkheid gebeurt er natuurlijk veel meer. Soms groots en meeslepend, soms zo subtiel dat het voor mij zelf pas achteraf merkbaar is. De rugzak is zeker nog niet leeg, maar al een stuk lichter dan drie jaar geleden.

Dit gegeven, dat wezenlijke verandering niet van buitenaf kan worden opgelegd maar van binnenuit ontstaat, gaf me het besef dat arbeidsontwikkeling pas stap 2 is in het proces voor de mensen binnen de sociale werkplaats. Als je in je leven tot nu toe vooral bent aangesproken op je beperking, als je niet vertrouwt op je lichaam of je psychische gesteldheid of als je steeds weer geconfronteerd wordt met belemmeringen om voor elkaar te krijgen wat je echt wilt, dan landt het zaadje van arbeidsontwikkeling niet in vruchtbare aarde. Ja, dan leer je op tijd te komen, opdrachten aan te nemen en steeds meer zelfstandig te werken. Maar dat is niet wezenlijk anders dan mijn aanvankelijke idee dat informatie vergaren en in de praktijk toepassen hetzelfde is als ontwikkeling en groei. In werkelijkheid is het niet veel meer dan een kunstje leren.

Zoals je bij het aanleggen van een sappig gazon zorgt voor vruchtbare aarde, de juiste bewatering en bemesting en het tijdig verwijderen van onkruid en ander ongerief, zo moet je volgens mij ook een gewenste verandering bij mensen goed voorbereiden. Dan maakt het niet uit of deze mensen minister of directeur zijn, of dat ze bij een sociale werkplaats (gaan) werken. Verandering en groei is het resultaat van een proces dat zich van binnen afspeelt; hooguit kun je van buiten stimuleren dat de grond vruchtbaar wordt gemaakt, dat "onkruid" bewust wordt losgelaten en dat er steeds opnieuw goede bouwstoffen worden toegevoegd. En daar kan yoga (of je het nu herkent als zodanig of niet) een grote rol in spelen. En dat inzicht vormt dus de ruggengraat van mijn scriptie: een methodiek waarmee je door middel van eenvoudige lichamelijke oefeningen (ook voor mensen met een fysieke beperking), visualisatie-oefeningen en affirmaties de vruchtbare grond voor verandering creëert.

Pfoeh. Daar laat ik het voor nu even bij. Ik besef dat dit een ander soort stuk is dan gebruikelijk, maar zeg niet dat ik jullie aan het begin van dit stuk niet gewaarschuwd heb!